Financiering

Bommenregeling

Gemeenten krijgen geld van de Rijksoverheid uit het gemeentefonds. Hoeveel geld gemeenten uit het gemeentefonds krijgt, hangt af van hun kenmerken en belastingcapaciteit. De belastingcapaciteit geeft aan hoeveel belasting een gemeente jaarlijks kan innen.

Gemeenten bepalen zelf waar ze het geld uit de algemene uitkering van het gemeentefonds aan besteden. Zij moeten dit wel uitleggen aan de gemeenteraad.
Gemeenten kunnen via het gemeentefonds in aanmerking komen voor een bijdrage in de gemaakte kosten voor het opsporen en ruimen van ontplofbare oorlogsresten uit de Tweede Wereldoorlog (de zogenoemde bommenregeling). Geld dat wordt ingezet voor de bommenregeling is afkomstig uit de algemene uitkering van het gemeentefonds. In die zin is er sprake van communicerende vaten.

Het vergoedingspercentage voor bijdragen die vanaf 2021 worden verstrekt is 68%. Het ministerie van BZK geeft per 2021 in een factsheet informatie over de manier waarop gemeenten een aanvraag kunnen indienen en hoe om te gaan met kosten van derden. Daarnaast  informeert  BZK gemeenten over de bommenregeling via de circulaires van het gemeentefonds.

Bijdrage aanvragen

Om in aanmerking te komen voor een bijdrage dient de gemeente een raadsbesluit in bij het ministerie van BZK waarin de gemaakte kosten voor het opsporen en ruimen van ontplofbare oorlogsresten zijn opgenomen. Er hoeft geen verdere onderbouwing overlegd te worden. De bijdrage heeft betrekking op de gemaakte kosten exclusief btw. In het raadsbesluit dient daarom duidelijk te worden gemaakt wat de bedragen exclusief btw zijn.

De raadsbesluiten worden bij voorkeur verstuurd per e-mail naar regelingen@minbzk.nl
Per post kan dit naar:
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
t.a.v. FEZ/Begrotingszaken/Regelingen
Postbus 20011
2500 EA Den Haag

Uitkeringsmoment

Aanvragen die vóór 1 april door het ministerie van BZK zijn ontvangen worden, na beoordeling, in het jaar van ontvangst toegekend. Aanvragen die het ministerie vanaf 1 april ontvangt worden meegenomen in het volgende jaar. Via de meicirculaire van het gemeentefonds ontvangen gemeenten informatie over het toegekende bedrag. De uitbetaling van het bedrag loopt vervolgens mee in de reguliere bevoorschotting van de uitkering uit het gemeentefonds.
Inhoudelijke vragen over de bommenregeling? Mail dan postbus.gf@minbzk.nl

Kosten van derden

Alleen gemeenten kunnen een aanvraag indienen bij het ministerie van BZK. In de praktijk komt het voor dat gemeenten ook kosten van derden in het raadsbesluit opnemen.

Het ministerie van BZK heeft hier in principe geen bezwaar tegen, maar acht terughoudendheid van belang. Er is voor de kosten van derden verschil tussen een particulier met een ‘spontane vondst’ op eigen grond of een projectontwikkelaar die opdracht heeft gegeven tot ‘grondroerende werkzaamheden’. Wat BZK betreft geldt voor de laatste categorie het principe ‘de verstoorder betaalt’ en ligt een bijdrage via de bommenregeling niet in de rede. Voor de eerste categorie ligt een bijdrage wel voor de hand. Het kan dus per geval verschillen of een bijdrage voor kosten van derden legitiem is.

Richtsnoer is dat de bommenregeling in het gemeentefonds niet is bedoeld voor het compenseren van private partijen voor kosten die anders door de markt zouden worden gedragen. In de optiek van BZK is de gemeente het beste in staat om de lokale situatie te beoordelen en om, in het verlengde, de vraag te beantwoorden of het opnemen van kosten van derden in het raadsbesluit in dat geval legitiem is..

In de “Meicirculaire gemeentefonds 2023” is aangegeven dat voor kosten die door waterschappen of provincies worden gemaakt geldt dat deze niet worden vergoed. Deze organisaties hebben hun eigen inkomsten en vallen daarom niet onder de bommenregeling.

Praktijkverhalen

Onderstaande praktijkverhalen geven aan hoe verschillende gemeenten elk op hun eigen manier omgaan met het onderwerp financiën in relatie tot ontplofbare oorlogsresten. Het kenniscentrum probeert op deze manier de verschillende mogelijke uitgangspunten te belichten. In de loop van de tijd worden deze praktijkverhalen aangevuld.