Arbeidsomstandighedenwet- en regelgeving
Alle werknemers moeten veilig en gezond kunnen werken. De Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet), het Arbeidsomstandighedenbesluit (Arbobesluit) en de Arbeidsomstandighedenregeling (Arboregeling) stellen regels aan het omgaan met ontplofbare oorlogsresten (OO) voor werkgevers, werknemers en in een bepaalde mate ook voor derden.
Uitvoeren van onderzoek
Artikel 4.10 van het Arbobesluit geeft aan wanneer onderzoek naar de aanwezigheid van OO vanuit Arbo-regelgeving nodig is. De manier waarop onderzoek moet worden uitgevoerd is niet voorgeschreven in Arbo-regelgeving.
Private partijen hebben, ondersteund door de stichting Veilig Omgaan met Explosieve Stoffen (VOMES), een privaat “Certificatieschema vooronderzoek en risicoinventarisatie Ontplofbare Oorlogsresten” (CS-VROO-01) opgesteld.
Daarnaast hebben de grote netwerkbeheerders, verenigd in het Samenwerkingsverband Infrabeheerders voor het Veilig Omgaan met de Ondergrond in Nederland (SIVOON), de ”Richtlijn voor het opstellen van een deel risico-inventarisatie en evaluatie ontplofbare oorlogsresten” opgesteld. Het certificatieschema en de richtlijn richten zich beide op de uitvoering van het vooronderzoek. De SIVOON-richtlijn is geïntegreerd in de aangepaste versie van het “Certificatieschema vooronderzoek en risico-inventarisatie Ontplofbare Oorlogsresten” (CS-VROO-02). De beide schema's zijn te vinden op de website van VOMES.
Opsporen
In artikel 4.10 is ook opgenomen dat het opsporen van OO alleen wordt uitgevoerd door bedrijven die in het bezit zijn van een “certificaat opsporen ontplofbare oorlogsresten”. Certificatie van opsporingsbedrijven vindt plaats op basis van het “certificatieschema opsporen ontplofbare oorlogsresten” (CS-OOO). Het CS-OOO heeft per 1 januari 2021 het “Werkveldspecifieke Certificatieschema Ontplofbare conventionele explosieven” (WSCS-OCE) vervangen. VOMES is schemabeheerder voor het certificatieschema.
Rol gemeente
Een gemeente heeft geen directe bevoegdheden in het kader van de Arbowet- en regelgeving. Maar er zijn gemeenten die verwachtingskaarten (ook wel explosievenkaarten of bommenkaarten genoemd) voor het gemeentelijk grondgebied hebben opgesteld. Deze geven een indicatie van de aanwezigheid van OO en in hoeverre (aanvullend) onderzoek noodzakelijk is. Ook kan een gemeente als opdrachtgever in aanraking komen met Arbowet- en regelgeving, bijvoorbeeld bij de aanleg of vervanging van riolering.
Rol werkgever en werknemer
Werkgevers moeten de risico's van het werk in kaart brengen, risico beperkende maatregelen voorstellen en het gevoerde beleid evalueren (ook wel RI&E: risico-inventarisatie & -evaluatie). Zij moeten voorlichting en instructies geven over deze risico's en over de maatregelen die daartegen genomen zijn/worden. Daarnaast heeft de werkgever onder meer de volgende verantwoordelijkheden: voorlichting en instructies geven over veilig werken, voor veilige hulpmiddelen en werkmethoden zorgen, gevaren bij de bron bestrijden en persoonlijke beschermingsmiddelen leveren. Werknemers moeten de veiligheidsinstructies opvolgen en beschikbaar gestelde beschermingsmiddelen gebruiken.
Rol Inspectie SZW
De Inspectie SZW kan sanctionerend optreden als geconstateerd wordt dat een werkgever of werknemer zich niet aan de bepalingen van de wet houdt. Bij incidenten volgt er altijd een onderzoek.
Convenant beoordeling projectplan opsporing ontplofbare oorlogsresten
Omdat bij het opsporen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog volgens het “certificatieschema opsporen ontplofbare oorlogsresten” (CS-OOO) ook de openbare orde en veiligheid een rol kan spelen, is het voor gemeenten van belang om hierbij tijdig betrokken te worden. Sinds 21 april 2012 zijn in een convenant afspraken vastgelegd over de procedure die gemeenten en opsporingsbedrijven volgen bij het opsporen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog.